In deze blog wil ik een aantal misverstanden die er bestaan over mestvergisting uit de wereld helpen. Alleen co-vergisters zorgen voor geuroverlast, monovergisters niet Mestvergisting leidt tot grote reductie van ammoniakemissie Zolang mest in de vergistingssilo's zit is er geen emissie van ammoniak, als deze tenminste goed gesloten zijn. In het biogas zit wel een beetje ammoniak, die daar bij opwerking naar aardgaskwaliteit uit verwijderd wordt. Je moet echter naar het totale plaatje kijken. In biogas zit voornamelijk CO2 en methaan, CH4, dus geen stikstof (N). De stikstof, die in de grondstoffen (met name mest) nog in gebonden vorm aanwezig is, komt terecht in het digestaat. In het digestaat voornamelijk in ammoniakale vorm. Als het digestaat uit de vergister komt, is het afhankelijk van wat ermee gebeurt hoeveel ammoniakemissie er plaatsvindt. Bij het scheiden van digestaat komt bijvoorbeeld veel ammoniak vrij. Ook bij het bemesten met digestaat wordt steeds meer aangenomen da
Geurhinder in de praktijk wel eens groter dan vergunning toestaat Diverse Friese bedrijven hebben in het recente verleden een vergunning verkregen met voorschriften dat het bedrijf geen of weinig geurhinder mocht veroorzaken. De praktijk valt wel eens tegen en dan kan blijken dat er bij het uitoefenen van de vergunde bedrijfsactiviteiten zoals mestverwerking of mestvergisting in werkelijkheid meer geurhinder voor omwonenden is dan volgens de vergunning toegestaan. Dat komt doordat niet alle bedrijfsprocessen gesloten zijn, sommige geurbronnen over het hoofd waren gezien en doordat luchtwassers minder goed werken dan voorheen gedacht. De niet toegestane geurhinder zou reden voor handhaving moeten zijn, maar dat terzijde. Wat ik aan de orde wil stellen, is hoe de vergunningverlener handelt bij het beoordelen van aanvragen voor wijziging van dergelijke vergunningen. In Fryslân voert de omgevingsdienst FUMO dit werk uit voor gemeenten en provincie. Zorgwekkend patroon zichtbaar Uit een aa